De mobiliteit verandert mede door het hybride werken, met een afname van sommige vervoermiddelen en een toename van actieve vormen van verplaatsing en het gebruik van deelauto’s.

Er zijn maar weinig terreinen waar de pandemie zo’n grote impact heeft gehad als op de mobiliteit. Dat geldt met name voor het vliegverkeer en het woon-werkverkeer (inclusief opleiding/studie). Waar het vliegverkeer en wegverkeer in de afgelopen decennia alleen maar waren toegenomen (met respectievelijk x% en y% van 2010 tot en met 2019), is plotseling sprake van een sterke trendbreuk. Het aantal vliegbewegingen was in 2020 minder dan de helft van het jaar ervoor (288.000 in plaats van 604.000). Ook in het openbaar vervoer was sprake van een afname van 50% van het aantal check-in’s. De daling van het wegverkeer was iets minder dramatisch, maar met 13,5% nog steeds significant. Bovendien werd de grootste afname gezien in de spitsperiode, zodat de filedruk (lengte en duur van files) zelfs afnam met 63 procent. Het gebruik van actieve vormen van mobiliteit, zoals lopen en fietsen, bleef in absolute zin gelijk, maar het relatieve aandeel steeg door de daling in andere vormen van mobiliteit. De e-bike wordt verhoudingsgewijs steeds populairder t.o.v. de gewone fiets. Ook steeg in 2020 het aantal deelnemers van deelauto’s met meer dan 200k naar 730k.

Op dit moment is nog onduidelijk hoe de mobiliteit zich in de komende periode zal ontwikkelen. Wanneer de trend naar meer hybride werken en toenemend gebruik van digitale platforms doorzet, kan sprake zijn van een duurzame afname van het woon-werkverkeer. Uit onderzoeken blijkt ook dat mensen verwachten duurzaam minder gebruik te zullen maken van het vliegtuig. Het is de vraag of dit ook zo zal zijn in de komende jaren.